K&G en de magie van het WMC

K&G en de magie van het WMC

Dertien vaandels hangen er aan de wand in het clubgebouw aan de J.C. de Rijpstraat in Leiden. Vanaf 1985 kon show- and marchingband Kunst en Genoegen na iedere WMC-deelname er telkens een of twee aan de collectie toevoegen. Vijf jaar geleden stokte de aanvoer. Nederlands succesvolste showkorps kwam met lege handen thuis vanuit Kerkrade. Tijd dus voor revanche.

“Kom op, mannen”, schalt het deze zaterdagochtend in alle vroegte over het trainingsveld van Sportclub ’25 in Bocholtz. “Het lijkt wel of niet iedereen precies weet bij welke rij hij hoort. We doen het nog een keer opnieuw.” De show- and marchingband van de christelijke muziekvereniging Kunst en Genoegen uit Leiden, beter bekend als K&G, is in het hemelvaartweekend neergestreken in het Limburgse heuvelland. Op een steenworp afstand van het Parkstad Limburg Stadion, waar het deze zomer allemaal moet gaan gebeuren, heeft de vereniging een indrukwekkend kampement opgetrokken. Campers, tenten, caravans, zeiloverkappingen, banken, tafels en een keukenunit. Alles in eigen beheer. Een druk in de weer zijnde kampcrew zorgt dat het de 72 muzikanten en het instructieteam aan niets ontbreekt. K&G Kamp Radio brengt iedere avond met live-uitzendingen vanuit Bocholtz verslag uit van het trainingskamp. Ook voor dit repetitieweekend wordt de identiteit van K&G in ere gehouden: alleen mannen zijn mee.

Dagprogramma
Het strakke tijdrooster verklapt dat K&G zich niet vier dagen in het glooiende landschap heeft teruggetrokken om de Mergellandroute te verkennen, de korenwolf te spotten of te genieten van de mooie vergezichten. ’s Morgens om 9.00 uur worden de muzikanten op het trainingsveld op appel verwacht. In blokken van 1,5 tot 2 uur wordt vervolgens de klok rond gerepeteerd. Tussendoor zijn er pauzes om wat te drinken en te eten en voor sanitaire stops. Maar verder is het dagprogramma volledig gevuld met repetities. Pas ’s avonds om 21.00 uur wordt teruggeschakeld naar de relaxstand. “In de voorbije maanden is de show thuis in de grondverf gezet”, legt muzikaal leider René Leckie uit. “Hier zijn we naartoe gekomen om vooral wat het lopen betreft meters te maken.”

Deukje
Het trainingsveld van de plaatselijke FC is met witte kalk in een raamwerk van yardlijnen verdeeld. Slagwerkinstructeur Martijn Vogelaar legt de show voortdurend stil om aanwijzingen te geven. Een van de leden van het instructieteam houdt de loopfiguren vanaf een angstaanjagend hoge steiger in de gaten. Een drone wordt ingezet om de choreografie vanuit vogelperspectief te observeren. K&G wil wat goedmaken. Ruim twintig jaar was de christelijke muziekvereniging uit Leiden alleenheerser op de heilige grasmat van het Rodastadion. In het eerste decennium van deze eeuw scoorde de 94 jaar geleden als mondorgelclub opgerichte marchingband zelfs drie keer de dubbel, de wereldtitel op zowel het onderdeel show als mars. Die reputatie heeft tijdens de laatste edities een deukje opgelopen. In 2013 werd weliswaar nog de wereldtitel op de mars in de wacht gesleept, maar het kampioenschap op de show ging tot twee keer aan hun neus voorbij. En dat zit de Leidenaren nog steeds niet lekker. “We willen als eerste eindigen”, spreekt Leckie luid en duidelijk de ambities van de club uit. “Dat zit nu eenmaal in de genen van deze vereniging. Daar wordt ook heel hard voor gewerkt. De leden zijn zo gretig en er is zoveel commitment. Maar uiteindelijk heb je er toch geen grip op. Het enige dat je kunt doen is keihard werken en hopen dat je product in ontwerp, concept en uitvoering klopt. Daar zijn we nu hard mee aan de slag.”

Musicals
De titel van de show is The Show Must Go On. “Dat slaat enerzijds op het hervatten van het muzikale leven na corona. Anderzijds is het een link naar de grote Broadwayshows”, verklaart Leckie. Het is een compilatie van muziek uit bekende musicals. We horen flarden van The Lion King, Circle of Life, West Side Story, The Greatest Showman en The Wizard of Oz langskomen, maar ook de gelijknamige hit van Queen. De muziek is van René Leckie. Rik Boelee tekende voor de choreografie. Leckie: “Voor een winnende show is allereerst een sublieme uitvoering door het orkest nodig. Maar ook je ontwerp, het concept en het idee moeten kloppen. We zijn daar met het hele team lang mee bezig geweest. Er zijn heel wat meetings geweest om tot een goed product te komen.”

Jonge Ploeg
De personele gevolgen van de coronacrisis bleven voor K&G binnen de perken. Vijf jaar geleden betrad de band met 80 leden de arena van het Parkstad Limburg Stadion. Dat worden er komende zomer 72. “Het is wel een heel jonge en onervaren groep”, licht Leckie toe. “Na het vorige WMC in 2017 zijn er best wel wat mensen weggegaan. Dat hebben we vanuit de jeugd en via zij-instromers kunnen opvangen. Maar we zijn op heel belangrijke plekken in het orkest begonnen met een heel jonge ploeg. Door corona hebben ze twee jaar geen routine kunnen opbouwen. Het is wel een gretige club. We zijn nu echt aan het groeien.”

Wedstrijd
Vanaf een afstandje staat de pas aangetreden voorzitter René Truijers het geheel te bekijken. “Het WMC is voor ons het belangrijkste evenement”, legt hij uit “Het is een doel waar je naar toe werkt om een goed product op te bouwen. Maar tegelijkertijd is het ook een wedstrijd die je aangaat. Je wil toch als eerste eindigen. Een taptoe met 500 mensen die over het algemeen weinig verstand hebben van muziek is leuk. Maar een stadion vol met liefhebbers die allemaal uit hun dak gaan, is het mooiste dat er is. Dat maakt het WMC magisch.”

Prelims
Het WMC heeft voor de showwedstrijd in de hoogste divisie een prelims-finals structuur ingevoerd. De vijftien kandidaten in deze klasse komen op de vrijdag voor de eerste keer in actie. Daarvan gaan de beste twaalf naar de finale op de slotdag. De nummers 13 tot en met 15 strijden op zaterdag om de kampioenstitel in de World Division. Bij K&G zien ze niet de meerwaarde van deze nieuwe regels. “Ik vind het van de gekke”, zegt voorzitter Truijers. “Wat is daar het nut van? In Amerika zijn prelims bedoeld om je product gedurende de zes weken durende competitie te verbeteren. Niet alleen de uitvoering, maar ook je ontwerp. Daar kun je op vrijdag toch niets meer aan wijzigen.”

Gek
Pauze. Even tijd voor een praatje met enkele leden. Diego Verhaar (16) is een van de youngsters waar Leckie het over had. Hij loopt nog geen jaar met de senioren mee. “Mijn vader is altijd bij K&G geweest”, vertelt hij. “Ik ben ermee opgegroeid.” Van kleins af aan wilde hij al tamboer worden bij K&G. Hij kent ook het WMC. Is vaker met zijn vader mee geweest naar Kerkrade. “Ik heb er wel zin in”, zegt hij. “Hoewel ik wel al best zenuwachtig ben. Het is zo’n groot publiek dat daar zit.” Ook de wedstrijdinstelling heeft hij van geen vreemde. “Ik ben sowieso heel fanatiek als het gaat om te winnen. Dat geldt zeker voor het WMC. Ik wil gewoon winnen. Als ik verlies word ik helemaal gek.” Yesper Monfils (21) speelt al wat langer mee. Hij was in 2013 mee met de junioren en vier jaar later met de senioren. “Naar het WMC wordt binnen de vereniging echt toegeleefd”, legt de trompettist uit. “Zodra we richting WMC gaan, gaan alle neuzen dezelfde kant op. Dan wordt er met hoge intensiteit gewerkt.” Ook hij is erop gebrand om straks het veertiende vaandel aan de muur van het clublokaal te kunnen ophangen. Er alles uithalen wat erin zit alleen, schept geen voldoening. Yesper: “Maar als deze groep er straks in Kerkrade alles uithaalt wat erin zit, worden we vanzelf ook kampioen. Zeker weten.”

Foto: K&G trok zich voor een trainingsweekend terug in Limburg.

Dit artikel is overgenomen uit het juninummer van KNMO Klankwijzer Magazine.
Tekst: Frank Vergoossen - Foto: FV Media Producties

Gepubliceerd: 19 JUL 2022 - 13:11
Laatste update: 21 JUL 2022 - 16:31